maandag 25 februari 2008

Poppendokter

Van het rijtje 'situaties waarin u in het buitenland wellicht kunt komen te verkeren' volgens de taalgids kan ik weer een hoofdstuk afstrepen: na 'op het politiebureau', ben ik vandaag geslaagd voor 'bij de dokter'. Waar ik mijn ogen uitgekeken heb. Omdat mijn verkoudheid na 3 weken niet meer te bagatteliseren viel, mijn stem nog immer niet terug is én ik een goede bronchitis vreesde, besloot ik mijn geluk in de pharmacie nogmaals te beproeven, leek me na de Strepsils van vorige keer een uitdaging. Gezien het feit dat ze je in Frankrijk zo'n beetje alles zomaar meegeven, ging ik op jacht naar antibiotica. Maar neen, blijkbaar had ik hier de grenzen van de vrijgevigheid van Franse pharmacies bereikt (of misschien de grenzen van verscherpte EU regelgeving). Voor antibiotica diende ik echt een recept te hebben. En dus werd ik naar een dokterspost gestuurd. Avontuur 334 in Parijs. Gelukkig ook gelegen aan mijn geliefde Boulevard St. Michel hoefde ik er slechts 50 meter voor te lopen. Eenmaal de grote voordeur door en na het beklimmen van de trap in wat een luxe appartementen complex leek, kwam ik binnen in een soort Mattel dokterspost. Dat de flyer van het centre médical saint-michel fluo-roze was, had me niet kunnen doen vermoeden hoe deze toko eruit zag. Barbie-, barbieroze. En dan niet een paar details, maar overal. Zelfs de lampen gaven een getint soort licht af. Niet erg bevorderlijk om je beter te laten voelen trouwens, maar dat terzijde.
Afspraak maken lukte, als moest ik met mijn ziekige hoofd wel vragen of ze voor de zekerheid het tijdstip even op wilde schrijven. Seize quarante is gewoon te ingewikkeld als je je niet lekker voelt, dan ben ik zeker voorstander van klokkijken met 12 getallen max i.p.v. 24. Iets wat me dan ook weer prima leek passen bij het Barbiethema.
Toen ik 's middags terugkeerde, werd mij weer eens te meer duidelijk dat ik in Frankrijk was. Verschillende rijen natuurlijk, eerst één om mij te melden, vervolgens met het verkregen formulier naar een box hobbelen en daarna op mijn beurt wachten. Gelukkig, zo wist ik in ieder geval weer scherp in welk land ik was. Of ik verzekerd was, kon ze natuurlijk ook vrij weinig schelen: zolang ik nu maar cash afrekende.
Toen ik eenmaal de deur openging van Cabinet 8, waartegenover ik al drie kwartier naar een roze TLbalk zat te staren, hoopte ik -en verwachtte ik eerlijk gezegd door het interieur- een Ken look-a-like als dokter. Of op zijn minst een blondine met benen van 2 meter, wespentaille en cup 70F als het een vrouw was. Een vrouw was het, maar dan een met menselijkere afmetingen, die me kundig ondervroeg en onderzocht. Dat ik bepaalde woorden niet in mijn standaardvocabulaire heb (zoals longen, hoesten en snuiten) deed me bijna zakken voor het eindexamen van dit hoofdstukje. Waarop de dokter me in ieder geval één illusie niet ontnam. Ik was nog steeds in Frankrijk, dat ijlde ik gelukkig niet. Want deze hoogopgeleide vrouw van een jaar of 40 wist me pinnig te melden dat ik toch maar geluk had iemand te treffen die bereid deze paar kraters in mijn Frans kennis op te vangen in het Engels. Ziek of niet, bij een dienstverlenende instantie of niet, internationaal vaccinatiepunt of niet, hoe beroerd je je ook voelt en hoe karig je hersenen op dat moment ook werken, je hebt je toch altijd maar aan te passen aan het Frans. Met mijn recepten in de hand verliet ik het Cabinet, terwijl ik onderwijl mijn blik over het gemêleerde publiek in de wachtruimte liet gaan. Nu maar hopen dat zij ook allemaal wisten te slagen voor het Franstalige Barbie-examen achter de deur.

Paris je t'aime!

Soms gaat het snel in de liefde. Ik ben alweer door naar een volgend level in mijn verliefdheid op Parijs. Toen ik vorig weekend in Leiden was voor een power-bezoek, was ik blij om vrienden en familie weer te zien. Heerlijk om ouderwets een zondagmiddag bij m'n Homie op de bank te hangen, om van koffiedate naar koffiedate te rennen door het kleine Leiden en natuurlijk top om het afstuderen van mijn zus niet te hoeven missen. Maar... al die tijd was Parijs niet uit mijn gedachten te krijgen. Op de borrel ging ik zo hard stralen als iemand me vroeg of ik me vermaakte 'daaro', dat ik er echt verliefd uit zag. Dat ik dat ook ben, wisten mijn bloglezers natuurlijk al, maar voor sommigen moet het toch tegen zijn gevallen toen ik verklapte dat die liefde Paris-même was, en niet een of andere Fransman met baret en stokbrood die luistert naar een spannende naam.
Dus toen ik in de Thalys zat, werd de Grijns -die ook in Leiden met mij was- nog een peu groter. Hoera, ik was terug op weg naar mijn stad. Ik was extra blij omdat deze week eindelijk een film in de bioscoop kwam waar ik al weken naar uitkeek. Als je verliefd bent, word je op een gegeven moment ook erg nieuwsgierig wat andere mensen van je object van affectie vinden. En dus was ik reuze benieuwd naar de nieuwe film van Cédric Klapisch, genaamd Paris. In deze film heeft de stad Parijs de hoofdrol, en wordt zij gerepresenteerd door verschillende verhaallijnen en personages, een beetje de structuur van Love Actually. Nu kreeg ik niet alle dialogen mee, want een Franse film zonder ondertiteling gaat toch wel rap, maar alleen al de beelden maakten mij gelukkig. Prachtige panoramische stadsgezichten tussendoor, met een filmmuziek die mijn Grijns nog verder aanwakkerde. Tel daarbij op: mooie verhaallijnen die zich afspelen in enkele voor Klapisch typerende elementen van Parijs (bij de bakker, op de markt, bij de Sorbonne -jaaa, die studente zat koffie te drinken in het café waar ik regelmatig zit!- en bijv. in een van de immeubles vis-a-vis-de grote gebouwen die het Parijse straatbeeld kenmerken) en de conclusie die mij restte was: Génial! Daar zat ik, als Vrouw van de Wereld in mijn eentje in de bioscoop (N.B. dat dat nog 22 jaar heeft moeten duren, voordat dat moment eindelijk daar was). Natuurlijk, mijn ogen waren enigzins betraand toen ik Odéon verliet, ik blijf natuurlijk dezelfde biosganger die ik in gezelschap ook ben. Maar die tranen waren terstond verdwenen toen ik na het verlaten van de zaal opeens het onderwerp van de film inliep. Dit was zeker een van mijn mooiste promenades in Parijs: na je eerst onder te dompelen in de sfeer van een stad door beeld en geluid, heb je daarna direct de kans het 'echt' te ervaren! Wat een gevoel van luxe en geluk bekroop mij. Daar liep ik, glurend naar de ramen van de immeubles, nieuwsgierig naar alle verhalen die zich in deze stad ontwikkelen. En die liefde voor Parijs gaat serieuze vormen aannemen. Ik betrapte mezelf erop trots rond te kijken in de zaal toen de lichten aangingen. Prachtig he, dat is dus míjn liefde, dat is míjn Parijs!

PS: gegrepen door het filmvirus heb ik ook nog de film Paris je t'aime bezocht: een film uit 2006 met korte verhalen in alle quartiers van Parijs. Eveneens een heerlijke film, die de diversiteit van Parijs goed weergeeft. (En deze is vast al op DVD te krijgen. Mocht je besmet zijn geraakt met het Parijs-virus...)

donderdag 21 februari 2008

Rendez-vous achter gesloten (saloon-)deuren

Hoe zou het komen? Wat veroorzaakt die weerstand in mij.. Is het mijn streng calvinistische opvoeding geweest (die streng noch calvinistisch was, maar dat klinkt gewoon zo bijzonder lekker)? Is het iets nederlands? Komt het door een luxeleventje en stap ik nu de echte wereld in? Door mijn jarenlange kampeerervaring kan het dat laatste niet zijn. Hoe het ook komt, ik heb een hekel aan het gebrek aan privacy in de wc's hier in het gebouw. Gedeelde toiletten, ach: dat zijn we na jaren in onderwijsinstellingen natuurlijk wel gewend. Af en toe de voeten van je buurvrouw kunnen aanschouwen, die schok ben ik op de basisschool al te boven gekomen. Hier ben ik naar een volgend level doorgegaan. De toiletten zijn gemixt, dus mannen en vrouwen gebruiken dezelfde toiletten. Opeens wordt het nodig de bril af en toe weer naar beneden te knallen. Ja knallen, want ik laat 'm lekker stuiteren hoor. Ik raak het ding zo min mogelijk aan dus laat hem gewoon los als er genoeg vaart is gemaakt om beneden te landen. En vertel me nu niet dat er meer bacteriën op een openbaar toetsenbord zitten, ik durf te wedden dat het er alsnog een heleboel zijn op een wc-bril. Aanwezigheid van een bril verklapt trouwens al wel dat er in ieder geval echte toiletten zijn, gelukkig zijn ze hier het stadium gat-in-de-grond-goed-mikken al voorbij!
Maar meest bizarre feature aan onze toiletten is de deur. Het toiletblok heeft twee toiletten, elk met een minideurtje ervoor. Ze doen me altijd denken aan van die saloon-deuren. Bij de gemiddelde Fransoos die achter de deur gaat staan, zie je waarschijnlijk voeten, onderbenen en verder niks. Maar als ik achter zo'n deur opsta (omstandigheden zijn wel voor te stellen, daarover treed ik niet in details) dan kijk ik er gewoon overheen. In het ergste geval recht in de ogen van een wachtende. Ik heb behoefte aan wat privacy! Én voor mezelf én trouwens ook omdat ik niets van mijn buurman hoef te horen. Het genoegen waarmee sommige mensen in de pot klateren (of plónzen..), vergezeld door zuchtjes van opluchting, ik wil het niet weten. En dan wil ik al helemaal niet weten welk gezicht erbij hoort.
Beste tactiek so far: zo vaak mogelijk andere schoenen aan zodat ik aan mijn voeten niet snel herkend word. En na toiletbezoek een sprintje terug naar mijn gang trekken, dit om gezellige postklater-babbels te vermijden. Laat mij eerst maar even mijn handen wassen, zo heb ik dat vroeger als net meisje geleerd namelijk.

woensdag 13 februari 2008

Overdenking, met dank aan Miele

Maandagmiddag begaf ik mij met mijn wastas naar de wasserette. Er is in ons gebouw ook een wasmachine (maar dat is weer zoiets dat we delen met ongeveer 70 man) dus ik prefereer de wasserette op Boulevard Jourdan. In Leiden loop ik ook altijd naar de wasserette in de straat, dan zie je mij het Noordeinde weer afstrompelen met een grote tas, intussen mijn huisbaas vervloekend dat we geen wasmachine in huis hebben. In Leiden geef ik de was altijd af bij de Splash, om na een dagje ub'en de tas weer op te halen, 'wassen, drogen, 30c?', 'ja graag meneer'. Ik ben haast vrienden geworden met de meneer van de wasserette, als wij elkaar tegenkomen op de Breestraat zeggen we zelfs gedag. Toch een van mijn diepere contacten met de Leidse middenstand, mijn contacten met de Friese bakker daargelaten natuurlijk. Maar goed, ik schrijf deze blog niet om over Leiden te vertellen, het ging hier om mijn wasavonturen in Parijs. Daar liep ik, de boulevard af om na zo'n tien minuten de wasserette te bereiken. Maar mijn waszelfstandigheid is hier duidelijk groter dan in Leiden, want bij deze wastoko doe ik alles zelf en wacht ik op een bankje met mijn medewassers.
De vorige keer was ik tijdens het draaien van de machine op stap gegaan om de omgeving van de wasserette te verkennen, maar omdat ik maandag nog steeds een beetje ziekig was, leek het mij verstandiger rustig binnen te blijven zitten. Ik had een boek meegenomen, maar kon me niet echt concentreren. En zo kwam het er opeens op neer dat ik 38 minuten naar een draaiende wastrommel heb zitten turen. Heerlijk meditatiehulpmiddel, zo bleek, want ik overdacht daar zittend op het gammele bankje voor een wasmachine mijn Leven. Mijn eerste conclusie was dat het toch extreem bijzonder was dat ik naar een wasmachine zat te kijken. En dan niet zomaar een wasmachine, maar specifiek die machine. Niet omdat het toevallig een Miele uit de jaren '50 betrof, maar omdat ik op dát gammele bankje zat, tegenover díe machine IN PARIJS. Voordat ik wegging uit Leiden dacht ik weleens na hoe het dagelijkse leven zou zijn als je weg bent. Want het is geen vakantie van een paar maanden, je vestigt je ergens voor een paar maanden om daar te leven. Dus ook de boodschappen moeten worden gedaan, de waserette moet worden gelocaliseerd et cetera. En nu zat ik daar, en ik kon er niets aan doen maar De Grijns verscheen op mijn gezicht. Tuurlijk, het dagelijks leven gaat gewoon zijn gangetje en ik kan niet beweren dat ik altijd fluitend door de plaatselijke supermarkt loop omdat boodschappen doen nou zo fantastisch is, maar daar in de wasserette had ik wel degelijk een realisatiemoment hoe bijzonder het is dat ik zomaar naar Parijs kán verhuizen, om dan daar al die dagelijkse dingen te doen plus alle extra's die een vreemde stad je te bieden heeft. Dit verblijf in de Franse hoofdstad zal een apart hoofdstuk in Het Leven van Marleen worden, dit vormt gedeeltelijk hoe ik ben en wellicht ook zijn zal in de toekomst. Je verhuist naar een andere stad, en dan niet zoals vroeger met een heel gezin of zoals in je eerste jaar naar een nieuwe stad samen met een hele lichting andere eerstejaars. Deze verhuizing reikt over lands- en taalgrenzen en ik geloof dat ik me maandag goed realiseerde hoe ingrijpend dat is. Want ook met nieuwe vrienden en mastergenoten in de buurt, jij bent daar, jij bent alleen. Waarmee ik niet wil zeggen dat ik me hier eenzaam voel, het tegendeel is waar. Maar ik voel me wel zelfstandig, op mijzelf staan, en het is best een prettige conclusie dat dat fijn aanvoelt. Dit is Mijn Leven. Mét alle connecties met Nederland: alle banden met Nederland zijn natuurlijk niet doorgeknipt of losgeslagen. Het maakt de ervaring juist extra bijzonder omdat dit (Parijs en straks Oxford) in mijn leven gebeurt waarin hiervoor andere dingen zijn gebeurd in (voornamelijk) Nederland, en wie weet wat er nog gaat komen.
Ook het dagelijkse leven vormt je, alle dingen die je meemaakt en hoort, voelt en doet. En mijn overdenking voerde me verder. Ik kan me er namelijk over blijven verbazen dat niemand anders voelt en denkt wat ik voel, dat niemand op precies dezelfde manier naar een draaiende wasmachine kan kijken en dat niemand anders daar dan precies die gedachten bij heeft. Bedenk jezelf bijvoorbeeld eens als jij uit een raam van de trein kijkt, niemand ziet precies wat jij ziet en niemand zal daarbij precies aan hetzelfde denken of hetzelfde liedje in zijn hoofd krijgen. (Dit is geen pleidooi om jullie te laten realiseren hoe bijzonder Ik ben, maar het ik bedacht mij maandag maar weer eens hoe bijzonder het is dat we allemaal andere, eigen individuen zijn!)
Vreest niet, ik ben niet een van die Parijse intellectuelen verworden die nog slechts in de beroemde pose van het beeld van Rodin in een café kunnen zitten, ik geniet gewoon nog steeds met volle teugen van mijn verblijf hier. Maar dat plezier wordt wellicht wel intenser door af en toe zo'n overdenking bij een wasmachine.

(PS: en mam, natuurlijk moest ik ook nog even aan beer Pipeloen denken,:D)

zaterdag 9 februari 2008

Walking on sunshine

Zonnige berichtje vanuit een zonovergoten stad. Ik begreep dat het weer in Nederland nu ook goed is, dus kan ik gewoon melden dat het hier een verrukkelijke lentedag is, zonder me al teveel zorgen te hoeven maken over een schril contrast met het noordelijk klimaat. Mijn zaterdag kan tot nu toe worden gekarakteriseerd met de volgende woorden: uitslapen, koffie, baguette, kaas en sapje, zon, De Grijns, frisse lucht, ruikt naar lente!, muziekje erbij en .... rust! Ik kan niet echt zeggen dat ik hier heel druk ben met studeren, dus er is nooit echt sprake van contrast tussen week en weekend, maar toch zijn de weekenddagen hier anders. Je ziet hele families in de parken, veel winkelende Parijzenaren en meer straatmuzikanten en venters in de stad. Dat zijn toch de dingen waardoor je kunt merken dat het weekend is, de stad voelt anders op een dinsdagochtend!
Omdat ik gisteren een seminar had in het kader van mijn master, vond ik dat dit wel een Echte Vrije Zaterdag mocht worden. Seminar was interessant, maar erg intensief. Verschillende sprekers van de Sorbonne en uit Oxford met zeer uiteenlopende onderwerpen al was de rode draad van alle verhalen The roots of Modern Europe. Van 14 u tot 19.30 u beziggeweest, met tussendoor een minibreak met een verfrissing. Dat was dus champagne.. Eigenaardig schema van een middag, paar uur onafgebroken zwoegen en als je dan een pauze hebt direct aan de alcohol gaan. Je begrijpt, van het laatste gedeelte heb ik bar weinig meegekregen. Nou was dit gelukkig ook niet erg interessant voor ons, het betrof een discussie over het Franse geschiedenis onderwijs. Aanwezig waren een paar geschiedenisdocenten (mooi dat het fenomeen De Geschiedenisdocent verder gaat dan landsgrenzen, je pikt ze er zo uit!) en discussie geschiedde in het Frans. Ach, was weer een mooie taaloefening.
Waarvan ik er eerder deze week ook al eentje had: mijn eerste Tandemkoffie met mijn Franse biebvriend. Was een erg nuttig uurtje, leuk om met taal bezig te zijn. We begonnen in het Frans en ik presteerde het al in de eerste minuten over te komen als iemand die eigenlijk helemaal geen Frans spreekt. We stonden in de rij bij de Starbucks voor een fijne koffie, en toen mij iets gevraagd werd antwoordde ik lukraak dat ik Marleen heet (dat zetten ze dan op je beker namelijk). Helaas, de jongeman vroeg me eigenlijk wat voor siroop ik in mijn café latte wilde. Ai. Gelukkig daarna weer ruimschoots goedgemaakt. Heerlijk om Frans te praten en dan tussendoor gewoon te kunnen vragen 'Klopt deze zinsconstructie?' of 'Hoe zeg je dit of dat?'. Volgende week weer, dus ben benieuwd.
Verder heb ik deze week wel degelijk gestudeerd (eerste pagina's van de scriptie zijn in de maak!) en ik had donderdag een ouderwetse date met Parijs. Heerlijk weer dus ging lekker een middag op pad zoals in mijn eerste weken. Resulteerde in een middag lang fotograferen (weet nu eindelijk de extra functies van mijn camera te vinden)en veeeel lopen. Ik zou eigenlijk een stappenteller moeten hebben, ik denk dat ik intussen al bijna de afstand tussen Parijs en op zijn minst Brussel heb afgelegd! Heb eindelijk een van mijn favorieten bezocht: La Defense. Deze wijk, in het noordwesten van de stad bestaat grotendeels uit kantoren, allemaal moderne architectuur. Ik heb al sinds mijn eerste bezoek tijdens de Parijs-reis in de 4de klas de associatie dat je op een maquette rondloopt: het is er schoon, orderlijk, er zijn keurig geplande perken en bomen en je ziet overal minimensen (dat lijkt tenminste zo, omdat je ver kunt kijken :)). Ik zal zo wat foto's uploaden om diegenen die La Defense niet kennen een beetje een indruk te geven en om de 'Ohja!'van de andere lezers even te triggeren. Goed, misschien een kort berichtje maar genoeg voor vandaag: het is tijd om van het mooie weer te genieten. Fijn weekend in het Nederlandse, ik ga lekker op een terras zitten!

zondag 3 februari 2008

Één maand is geen maand

Vandaag woon ik precies één maand in Parijs. Wonderlijk hoe snel je je kunt aanpassen aan dit soort Bijzondere Feiten. Ik loop (eigenlijk stiekem al bijna vanaf dag één) rond door de stad alsof ik haar 'bezit', het voelt volkomen logisch om tegen iemand te zeggen 'Ik woon in Parijs'. Ik was voor mijn vertrek uit Leiden zo nieuwsgierig hoe lang het zou duren voordat ik dat gevoel zou hebben en of ik daarvoor überhaupt niet te kort hier zou verblijven. Pfew. Het ligt er wel aan waar je precies in de stad loopt of je je wel of niet een toerist voelt, maar over het algemeen voel ik me inwoner. Als ik op zondagochtend door de Montmartre loop, dan voel ik me ook 'slechts op bezoek'. Maar als ik dan een uurtje later bij een mis zit in de Sacre Coeur, en alle toeristen rondom zie schuifelen in de kerk, dan voel ik me juist wel weer onderdeel van de Parijse gemeenschap. Zo ook als iemand je op het metrostation vraagt of ze met je door het poortje mag (kaartje 'vergeten'). En als ik met m’n collegemap onder de arm over de Place de la Sorbonne hobbel, dan voel ik me toch echt wel een Parisienne. Opvallend is wel, dat je blik veel scherper wordt als je in een nieuwe situatie verkeert, alsof je je realiseert extra goed op te letten want 'nu kan het (nog)'. Vandaag kwam ik bij de bakkerij vandaan met een baguette, toen iemand naar me toekwam en meldde honger te hebben. Ok, gezien het brood onder mijn arm best logisch om naar mij toe te komen. Maar toen ik een stuk van mijn baguette afbrak en aan de jongeman gaf, kreeg ik daarop niet eens een bedankje maar een sneer of wat kleingeld misschien te veel moeite was. Verander dan je verhaal van 'ik heb honger' naar 'ik wil een fles Ricard kopen'. Eerlijk is eerlijk, dit had me net zo goed bij Leiden Centraal kunnen overkomen, maar omdat de hele conversatie in een andere taal geschiedde, én tijdens mijn tijd in Parijs, viel het me op.
Je merkt ook dat je langer in een stad verblijft dan voor een weekje vakantie, je blik is anders. Al deze alledaagse dingen hadden me ook op kunnen vallen tijdens een weekendje Parijs, maar nu realiseer ik het me tegelijk heel sterk als dingen wezenlijk verschillen van het systeem in thuisland (met een vakantie denk je nog makkelijker, ach over een week ben ik toch weer thuis). Denk aan het chequeverhaal van een paar weken geleden, of bijvoorbeeld de verbazing na het bezoeken van een apotheek. Ieder blok telt zo'n vijf farmacies denk ik, sta je voor de een dan zie je het volgende knipperende groene kruis alweer aan het einde van de straat. Ik had van de week een beginnende keelpijn, dus toog naar de apotheek om wat Strepsils o.i.d. te halen. Maar de melding 'Ik heb keelpijn, heeft u iets dergelijks als Strepsils' ontketende een diepgaande analyse van mijn klachten en het tevoorschijn toveren van een heel bataljon aan pillen, sprays en bruistabletten. Uiteindelijk verliet ik de tent met pseudo-Strepsils en een doosje pillen dat zelfs na googlen niet echt verder te definiëren valt. Er staat op dat het gebruikt dient te worden bij beginnende keelpijn dus dat klopt, maar vond het toch moeizaam om zomaar iets te gebruiken (niet echt goed voor mijn imago als Nederlandse hier in de residence). Dacht ik aanvankelijk, ben na een dag toch maar begonnen want mijn beginnende keelpijntje is inmiddels uitgegroeid naar een bijna-keelontsteking. Want sommige dingen veranderen natuurlijk ook helemaal niet met het verhuizen naar Parijs. Ook in deze stad was ik er van overtuigd de lente wel af te kunnen dwingen door geen winterjas meer te dragen, of lekker mijn ballerina's aan te trekken i.p.v. mijn laarzen. En door dezelfde reden waarom dat 10 jaar geleden in Utrecht al niet werkte, werkt het ook in Parijs niet. Hélas! Weekendje met veel vitamines en nachtrust voor mij dus. En voorlopig dus maar genieten van de stad gekleed in een outfit die past bij het seizoen en niet alleen bij mijn lente-humeur!

Nieuwtjes:
- mijn NAVIGOpas doet het sinds vrijdag! (metrokaart waarmee je snel door kunt lopen)
- ook in een Britse pub in Parijs draaien ze af en toe Nederlandse muziek (afgelopen donderdag, tot mijn verbazing twee keer Van Dik Hout op één avond!)
- mijn vergelijkend warenonderzoek betreffende de crêpes van Parijs wordt gestaag voortgezet. Mijn gemiddelde van één per dag is inmiddels afgezakt naar het iets zwakkere aantal van zo'n 5 per week. Will be continued..
- borrelen met een glaasje wijn en wat brood met soorten kaas en ham is bijna net zo prima als een portie biba's* . Bíjna!


* biba's = bitterballen