donderdag 30 oktober 2008

Van grachtengordel tot kraakpand

Ik was er nog nooit in eentje binnengestapt, en omdat ik nu eenmaal nieuwsgierig van aard ben, zei ik direct ja op de uitnodiging. Of ik eens mee ging eten in een kraakpand waar hij iedere week ging eten. Ik was er zeker bij! Maar wat ik precies moest verwachten wist ik niet. Stereotypen genoeg, maar ja: iedereen weet dat die berusten op geruchten. Dus ging ik vorige donderdag op onderzoek uit. We belden aan, werden 2 trappen opgeleid en kwamen terecht in een grote soort -eh- fusie? Het feit dat ik dit een fusie noem, geeft waarschijnlijk al aan dat ik zelf niet zo geschikt ben kraker te worden, maar dat terzijde. De ruimte was helemaal versierd met allerlei kunstwerken en leuzen. Verspreid door de ruimte zat een man of 25, en het eten zou bijna geserveerd worden. Die gastvrijheid scoorde direct goed bij me: het concept een veganistische maaltijd te verzorgen voor een groep die in grootte enorm kan verschillen vind ik mooi. Het zou denk ik niet op prijs gesteld worden als ik met 15 andere nieuwsgierigen voor de deur zou staan als vorm van toerisme, maar toch, ik werd dit keer aardig ontvangen! De vega-pasta was goed te eten en ik kwam het eten best soepel door, al voelde ik me niet echt op m'n plek. Zo aaide ik het hondje dat op het schoot naast mij zat. Op zich al bewonderenswaardig, gezien het feit dat ik niet dol op honden ben. Maar nu kreeg ik ook abrupt spijt, want het meisje meldde me direct dat ze het arme beestje toch weer eens wat knoflook moest voeren: al die vlooien.... Zo voorzichtig maar snel mogelijk mijn arm terugtrekkend bedacht ik mij dat ik dat toch redelijk onopvallend had weten te cheffen. Die illusie raakte ik echter direct kwijt toen de overkant van de tafel mijn geschrokken gezicht na ging doen... (Ik schrijf geschrokken, maar 'vol afkeer' is eigenlijk iets waarheidsgetrouwer...)
Maar het moment dat ik zeker wist dat ik daar niet hoorde, kwam al eerder toen ik over mijn nieuwe baan stond te vertellen. Ik werd door wat mensen gevraagd wat ik doe en zo kwamen we op het onderwerp van mijn toekomst. Dus ik begon enthousiast te vertellen over mijn nieuwe baan, public relations en de relatie tussen pr en reclame en marketing. Geniaal want terwijl ik dit vertelde voelde ik hoe enthousiast ik werd (een goed teken als je aan het werk gaat lijkt mij). Maar toen ik opkeek en naar de muur achter mijn gezelschap keek, stokte mijn adem toch even. 'Stop consuming, the street provides' en 'Hate commerce' herinnerden mij eraan dat mijn flitsende pr-baan het in dit gezelschap misschien niet zo goed zou doen...
Dus met een grijns die daardoor nog iets groter werd vertelde ik mijn verhaal af - dit is immers wie ík ben, dus de boel verloochenen door dit aspect weg te laten vond ik geen optie. Om daarna wel gauw te informeren naar de cultureel antropologische onderzoeken van mijn omstanders. Ik was immers te benieuwd naar de vega-pasta om voor het eten het pand al uitgegooid te worden als slaaf van de commercie...

donderdag 16 oktober 2008

F*ck, ik punnik niet!*

Daar zit je dan. In je kekke pak dat je samen met je moeder hebt geshopt, terwijl je zorgvuldig hebt voorbereid wat je sterke punten zijn en je eventuele verbeterpunten. Jahoor, je zit te solliciteren! 'Kan ik misschien nog even gebruik maken van een toilet?', 'Eh, koffie alsjeblieft' & 'Ja, met geschiedenis kun je veel meer dan men in eerste instantie denkt!'. Je babbelt heen en weer, hebt je ingelezen in het bedrijf dus je weet wat je er interessant aan vindt, waarom je jezelf als nieuwe werknemer ziet en je weet ook al wat je gaat vragen aan het einde van het gesprek. Zij hebben zich op hun beurt over je CV en brief gebogen en bedacht wat ze van je willen weten om te bepalen of er wel of niet sprake is van een professionele match. Spanning en sensatie! En dan komt dat moment dat je voor het eerst even stilvalt. Er wordt gevraagd naar je hobbies... Hobbies!? Eh, die heb ik niet echt. Paniek slaat toe: want verder dan 'Normaal gesproken loop ik hard maar dat is al een tijdje niet echt meer gelukt' en 'Mijn vrienden zijn mijn hobby, ik drink graag een biertje enzo' kom ik opeens niet. Ik vergeet opeens mijn plezier in schrijven en fotograferen, in reizen en metroplattegronden. Het enige dat ik kan denken is: waarom punnik ik dan toch niet ofzo? Over concrete hobbyactiviteiten gesproken. Of dát nou echt geholpen zou hebben weet ik natuurlijk niet, maar één ding weet ik wel: het is de eerste keer in mijn leven dat ik er spijt van heb gehad niet op regelmatige basis te punniken! Misschien een leuke bezigheid in de trein op weg naar mijn nieuwe werk...

* Dank aan mijn tafelgenootjes vanavond voor deze quote!